vrijdag 16 september 2016


Hondengeluk…

Met  meewarigheid  sloeg ik tot nog geen jaar geleden de hondenbaasjes gade die met enige mate van dweperigheid, overgoten met een saus van sentiment , de capriolen van hun vier voeter moesten memoreren.  Zoals te pas en te onpas op verjaardagen gebeurde maar ook bij lunches op het werk of bij de nazit van een vergadering. Op Face Book spotte  ik de “hondensentimantalisten”  omdat ze om de haverklap weer zo’n schattig of hilarisch hondenfilmpje moeten posten, waarvan ik ging geeuwen. Hadden ze dan niets diepzinnigers te melden…?  

 Woog al die opgetogenheid op tegen de offers? Vroeg ik me af. Zoals  bij nacht en ontij  je bed uit moeten  om  dan ook nog eens  met regen en tegenwind naar buiten te gaan om je huisdier uit te laten. Verruïneerde bankstellen, de poep soppend snachts tussen je tenen als je “lieveling” een ongelukje heeft gehad in huis. En dan  te denken aan een  loops teefje die buiten gevolgd wordt door hitsige reuen leek me al helemaal een gruwel.    Ook denk ik aan de vriendin die tijdens een gezellige lunch na een uur zenuwachtig op haar horloge kijkt omdat ze naar haar hond toe moet. Is ze eindelijk uit de kleine kinderen  en gescheiden van een controlerende dwingende echtgenoot teneinde zich vrij te voelen, dan neemt ze een hond om zich vervolgens te  laten terroriseren door de behoefte van zo’n beest. Onbegrijpelijk vond ik dat.
Nooit meer spontaan  uit eten of op vakantie omdat je geen geschikte oppas hebt voor je pseudo kind. Het romantische beeld van het zwerven met je hond langs beemden en  weiden werd voor mij toch ook overschaduwd voor de angst van   vervelende  confrontaties met andere heeele Grote fanatieke  honden en hun evenzo fanatieke baasjes. En dan nog maar niet te spreken van torenhoge rekeningen omdat hond ziek wordt en tenslotte toch ook te maken krijgt met allerlei  lekkende ouderdomskwaaltjes die toch ook de nodige zorg en valuta verlangt. En dan moet je ook nog zo’n beestje consequent opvoeden: “Zit!” “Af!” “Zoek!” “Lig!” “Links…rechts!” Niets voor mij!  Toen mijn jongste dochter 13 was kreeg ik ongezouten de feedback op mijn opvoeding: “Mam, je bent een hele leuke creatieve moeder maar opvoeden kan je niet!”  En inderdaad regels die ik stelde werden spontaan weer ingewisseld voor anderen die ik zelf dan na een uurtje weer was vergeten.  Een hond  zou een loopje met mij nemen en mij tenslotte tot de  laagste rang  in de roedel degraderen. Kortom: Hondenbezitters waren  voor mij eigenlijk een beetje zielig omdat ze vrijwillig zich opofferde voor iets waar ik nauwelijks de lol van in kon zien.

Maar dan toch… sluipt het fenomeen hond toch stiekempjes, in de loop van de jaren,  mijn bewustzijn-  en tenslotte real a life mijn leven binnen.  In een visualisatie  zag ik mijzelf als schrijfster en jawel daar lag doodgemoedereerd een trouwe hond aan mijn voeten en ik vond het  toch een heel aantrekkelijk beeld.  Ook  worden  mijn dromen  al minstens tien jaar, bij regelmaat, doorkruist door een glanzende zwarte hond en als ik dan in de diepte van haar donker  ogen kijk tuimel ik in de eeuwigheid. Het zijn slechts  dromen die ik eerder symbolisch beschouw dan als hint dat ik mijn leven moet uitbreiden met zo’n kwispelaar. 
Wanneer ik  bij de eerder  genoemde vriendin thuis  kom legt haar hond haar kop in mijn schoot m ben  ik toch enigszins gecharmeerd. “Dat doet ze nooit!” is de reactie van mijn vriendin. “Je hebt goeie fibes!” Ik betrap mijzelf erop dat ik al minstens een half uur zachtjes de  vacht van de hond aan het strelen ben.  “Daar wordt ik nu helemaal rustig van!” zeg ik. Mijn vriendin verklaard dat door aaien het gelukshormoon  oxytoxine  wordt geactiveerd, dat is een hormoon die zorgt dat je meer ontspant en zelfs de bloeddruk kan laten dalen. Mmmm…misschien…toch?

Mijn geliefde verhaalt regelmatig over Lotje, een border collie, waarvan hij zich acht jaar het baasje mocht noemen, en toen ging ze toch nog onverwachts dood.  In zijn verhalen krijgt Lotje de rol van een heldin die qua intelligentie en vaardigheden niet is te evenaren.  Eigenlijk vind ik zijn verhalen te mooi, te romantisch om waar te zijn. Ze verhalen deden me aan de televisie hond Lassie denken. Maar werkelijke huis tuin en keuken honden kunnen toch niet tippen aan die voorbeeldige televisie honden, die waarschijnlijk achter de schermen ook niet zo ideaal  zijn?  Intussen mijmerde mijn lief er nogal eens  over dat als hij strakjes gepensioneerd zou zijn “dan…wie weet…misschien…nou ja, we zien wel… “ 

En inderdaad we zien wel, want toen hij eenmaal zijn pensioen had ging hij niet naarstig op zoek naar een puppy, eerder hield hij de boot af. Zelfs toen zijn dochter als nadrukkelijke hint hem een hondenkluif voor zijn verjaardag gaf, was er geen respons.  En dan betrap ik me erop dat ik het jammer vindt dat zijn reactie uitblijft.  Vervolgens wuif ik mijn ‘’jammer’’  haastig weg  met alle bovenstaande  bezwaren.  Toch laat  het fenomeen hond zich niet meer in de coulissen van mijn bewustzijn terug dringen. Op onverwachtse momenten zie ik mijzelf toch aan het strand waarbij ik een stok de ruimte in gooi gevolgd door een dartel springend beest. Ik begroet in mijn fantasie de frisse ochtend  dauw in gezelschap van een hond. Uiteindelijk ben ik het die als in een opwelling een puppysite bekijkt en bij wijze van test zeg: Zal ik bellen voor een afspraak!” En mijn lief zegt: “Ja bel maar!” De afspraak wordt gemaakt en vervolgens heb ik een  slapeloze nacht, waarbij de  genoemde  bezwaren  deze  nacht in haar meest dramatische vorm de revue passeren.  Tegen de tijd dat het licht wordt maakt de angst plaats voor een zekere opgetogenheid. Wanneer de mand in de kamer staat en het eerste speeltje is gekocht voelt het als de laatste dagen van de zwangerschap. Nog twee dagen wachten lijkt te lang voor de komst van Tara. De naam Tara welt spontaan op in mijn gedachten, gevolgd door het besef dat het de naam is van een Godin is uit het Tibetaans boeddhistisch pantheon die veel goeds symboliseert.

En dan eindelijk is het zover als het laatste teefje uit het nest mijn armen wordt gelegd. Kwetsbaar en bibberig nestelt ze zich tegen mij aan waarbij alle bezwaren onmiddellijk in rook opgaan. Wat overblijft zijn latente moeder gevoelens en mijn lief grapt met de vraag of de melk al toeschiet. Op weg naar haar huis informeer ik, vanachter het stuur iedere vijf minuten, hoe “onze” Tara het maakt.

Intussen zijn we zeven maanden verder en Tara heeft een stevige plaats in ons leven genesteld. Wanneer ik een week van huis ben heb ik heimwee naar Tara, dat zich vooral laat voelen als ik ergens een hond zie lopen. Ik moet de hondenbezitter dan onmiddellijk fotos laten zien van mijn kwispelkind thuis.  En als ik haar eindelijk weer zie wordt mijn blijdschap nog eens opgezweept door haar enthousiasme. Dat enthousiasme is er ook als ik maar tien minuten ben weg geweest voor een boodschap.  Ik heb nog geen mensen gezien, hoe dol ze ook op elkaar zijn, die  zonder het voorbehoud waarmee honden elkaar begroeten, elkaar gedag zeggen. De drie luchtige zoenen in de lucht zijn een aanfluting vergeleken bij dit enthousiasme.   Nu wens ik het ook weer niet om door andere mensen zo begroet te worden  want door een enthousiaste haal van Tara met haar tong over mijn gezicht, zit de  verse lipstick in mijn wenkbrauwen. 

Het fenomeen honden uitlaten  geeft toegang  tot een apart sociaal leven met een eigen dynamiek. Wandelend door het park voer ik hele uiteenlopende gesprekken met de hondenbezitters. Tips worden uitgewisseld en er zijn vrolijke  initiatieven: Zoals iedere avond om 22.15 verzamelen een aantal hondenbezitters zich om dan een rondje om het veldje te lopen en tot slot worden alle 6 hondjes gecommandeerd om op de stoeprand te zitten en dan een voor een afgeroepen om een “voertje” te halen, en dat levert  soms hilarische taferelen op. Een vrolijk slaapmutsje.  Tara heeft ook zo haar vriendjes en vriendinnetjes, ik noem Kaya, Jacky, Storm en Grote Bo.  Met een ieder heeft ze een eigen relatie. En er zijn er ook bij die ze niet moet en dan ontwijkt.  

De reis naar Bali hebben we inmiddels  geofferd aan een natuurhuisje ergens in Nederland. Ik kan het echt nog niet over mijn hart verkrijgen om Tara bij een pension te stallen.  Maar mijn  geluk floreert, en ik meen ook dat van Tara als ze met gedreven fanatisme zich in de tuin van het vakantiehuisje een weg graaft naar Tasmanië.   We gaan ook minder uit eten. Hoewel Tara voorbeeldig zindelijk is moest ik vorige week toch poep ruimen als gevolg van een virus. Maar ik doe het met liefde en ik ben opgelucht als weer een beetje haar eetlust terug komt. Ze maakt er soms ook een klerenbende van en als ik niet oplet vindt ik de schone was terug in haar mand. Ze is dol op mijn splinternieuwe slippers van bijna 100,- euro die ik elke keer weer nèt kan redden van een aanval van haar penetrerende tandjes.
 Eigenlijk zijn mensen zonder hond wel een beetje zielig omdat ze dit honden geluk moeten ontberen….  Maar ik denk dat ze niet weten wat ze missen.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten